vrijdag 20 januari 2017


DE GESCHIEDENIS VAN HARLINGEN
DE ZOUTKETEN
Tot de 18e eeuw was geraffineerd zout een belangrijk exportartikel van Harlingen. In Scandinavië en de landen rondom de Oostzee was geen grootschalige zoutproductie en daarom moest het worden geïmporteerd. Zout was een veel gevraagd artikel en in sommige periodes werden soldaten in zout uitbetaald (soldij).
Het te raffineren (zoutzieden) ruwe zout kwam uit Spanje en Portugal, later ook uit Engeland. Turf en zeewater werden voor het z
outzieden gebruikt. Beide werden met schuiten aangevoerd bij de zoutketen. In de keet stond op een bakstenen gewelf stond een zoutpan. Deze was 10 meter breed en 20 meter land, met een opstaande rand van zo'n 60 centimeter hoog. Tot de 19e eeuw werden ze van lood vervaardigd, daarna van gietijzer. Het ruwe zout werd vermengd met zeewater, het turfvuur zorgde ervoor dat het mengsel ging koken. In het ruwe zout zat veel verontreiniging. De keetknechten goten regelmatig ossenbloed in het vocht, dat de verontreiniging bond. Regelmatig werd de zoutmassa afgeroomd. Uiteindelijk was al het zout uitgekristalliseert en werd het in manden geschept.
Zowel mannen als vrouwen werkten in de keten. Deze vrouwen droegen broeken en sjouwden zakken van 100 pond. Het werk was ook zo zwaar omdat men voortdurend in een warme omgeving moes werken met een hoge luchtvochtigheid. Aan het hoofd van een zoutkeet stond een keetbaas. Hij “las” het zout en bepaalde het juiste moment om het zout uit de pan te halen.
In de achttiende eeuw gingen de zoutketen in Harlingen steeds meer voor de binnenlandse markt werken. In 1784 waren er in Friesland nog 22 zoutketen, waarvan 8 in Harlingen. Plaatselijk namen leerlooierijen, zeepzieders en aardewerkfabrieken zout af. Halverwege de 19e eeuw waren er nog vier zoutketen in Harlingen, die moeite hadden het hoofd boven water te houden.
Maar toen aan het begin van de 20ste eeuw bij Boekelo zout werd aangeboord en er een moderne fabriek verrees, betekende dit het einde voor de zoutketen, ook die in Harlingen. De laatste keten stonden aan de Zoutsloot en zijn allen verdwenen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten